Maandag 13 maart 2000. We schreven al een aantal maal over de controverse rondom oud-burgemeester van Rotterdam Bram Peper (60), in 2000 de minister van Binnenlandse Zaken. Hier bijvoorbeeld. Vrij regelmatig stonden er pijnlijke berichten in de krant over declaratiegedrag van de Rotterdamse burgemeester en wethouders. Vandaag was het afgelopen. Peper trad af als minister. Het onderzoeksrapport zou bijna verschijnen. De hoofdpersoon in kwestie wilde zijn handen vrij hebben om het rapport te kunnen aanvechten. Een drukke baan zat dat in de weg. “Ik kan geen vechtjas zijn terwijl ik tegelijkertijd minister van Binnenlandse Zaken ben”, zei hij.
En zo viel het doek voor Bram Peper. De geruchten over het gesjoemel op het stadhuis en het niet kunnen verantwoorden van tienduizenden guldens aan declaraties maakten dat hij de eer aan zichzelf hield. Een paar dagen later zou het eindrapport gepubliceerd worden. De Rotterdamse raad boog zich vervolgens over de conclusies, Peper werd gevraagd om geld terug te storten en het Openbaar Ministerie besloot tot een strafrechtelijk onderzoek. Op Binnenlandse Zaken werd Peper opgevolgd door Klaas de Vries, de minister van Sociale Zaken. Op die post kwam Willem Vermeend, die op zijn beurt als staatssecretaris op Financiën werd opgevolgd door het 36-jarige Kamerlid Wouter Bos. Met name van hem zouden we nog het een en ander horen in de jaren na 2000. Peper was inmiddels al naar Noorwegen vertrokken voor een korte vakantie. Hij wilde nooit meer een stap in Rotterdam zetten.
Ander nieuws. Een besloten gedeelte uit de hoorzitting tegen topcrimineel Mink K. was door een technische fout te horen in de perskamer. Mink K. werd in september 1999 opgepakt wegens overtreding van de wapen- en munitiewet. De inbeslaggenomen schietparapulu’s, granaatwerpers, vuistpistolen en raketwerpers bleken later afkomstig van verschillende veiligheidsdiensten. Vanaf het begin hebben zijn advocaten ervoor gepleit dat zijn rechtszaak achter gesloten deuren wordt gevoerd omwille van zijn veiligheid.
K. voerde aan dat hij ten tijde van zijn arrestatie informant was van de Amsterdamse officier van Justitie Fred Teeven. Hij zei er uitdrukkelijk bij dat hij dit in een openbare zitting zou ontkennen. Persrechter Van der Vaart reageerde geschokt op de blunder van justitie. En hoewel Kamerlid Ella Kalsbeek (PvdA) eerder had gepleit voor openbare behandeling van de strafzaak, noemde ze het verbijsterend dat de pers kon meeluisteren.
Een ruzie tussen president Clinton en de Amerikaanse vuurwapenlobby escaleerde. Wayne LaPierre, de vice-president van de machtige lobbygroep National Rifle Association (NRA), viel fel uit naar Clinton. Clinton heeft de woede van de NRA gewekt omdat hij, sinds de zesjarige Kayla Rolland door een even oud klasgenootje werd doodgeschoten (we schreven er hier over), elk schietpartij in de VS aangreep om te pleiten voor meer controle op vuurwapens.
De Amerikaanse minister van defensie William Cohen bracht een driedaags historisch bezoek aan Vietnam. Hij was de hoogste Amerikaanse functionaris die Vietnam bezocht sinds het einde van de oorlog in dat land in 1975.
Nicolas Anelka werd door Real Madrid voor anderhalve maand buiten de selectie gezet. Zijn club beboette hem daarnaast met een bedrag van circa 750.000 gulden. De Franse voetballer kreeg de zwaarste straf in de historie van de Madrileense club opgelegd nadat hij drie dagen achter elkaar had geweigerd te trainen.
Een paginagroot artikel in NRC Handelsblad over een gigantisch succes in Finland. Nokia blaakte van vertrouwen: ze zitten in de zakken van steeds meer consumenten. “Elke Fin voelt zich wel een beetje deelgenoot in het succesverhaal van Nokia. Het bedrijf was met afstand nummer één op de wereldmarkt voor mobiele telefoons en inmiddels het grootste beursfonds van Europa. Vorig jaar kreeg het bedrijf er twaalfduizend werknemers bij. Nokia en alles wat er aan toeleveringsbedrijven bij hoort, groeit jaarlijks met 30 procent. Finland en Nokia zijn vol zelfvertrouwen, eenvoudigweg omdat de groeivooruitzichten voor de mobiele telefonie annex internet zo gigantisch zijn.”